Wanneer je slachtoffer bent geworden van een gewelds- of zedenmisdrijf, dan sta je er niet alleen voor. Nadat je aangifte hebt gedaan verneem je na enige tijd dat de verdachte voor de rechter moet verschijnen. De vervolging is ingesteld. Je krijgt allerlei documenten thuis gestuurd vanuit het Openbaar Ministerie, met de vraag of je deze kunt invullen. Er komt vaak veel op je af, maar een gespecialiseerde slachtofferadvocaat kan jou in deze situatie bijstaan.

In veel gevallen heb je recht op kosteloze juridische bijstand, ongeacht je inkomen of vermogen. Bijstand wordt in veel gevallen namelijk verleend via een toevoeging (= gesubsidieerde rechtsbijstand door de overheid). Speciaal voor slachtoffers van ernstige misdrijven is er wettelijk een uitzondering gemaakt op de draagkrachttoets die de Raad voor Rechtsbijstand normaliter maakt wanneer er in andere gevallen een toevoeging wordt aangevraagd.

Als slachtoffer kan je je in het strafproces voegen als benadeelde partij. Dit betekent dat je dan een schadevergoeding, een vordering benadeelde partij, kunt indienen binnen het strafproces tegen de verdachte. Het gaat hierbij in feite om een civielrechtelijke vordering in het strafproces. De strafrechter of rechters zet/zetten voor wat betreft dat onderdeel alsdan ‘een civielrechtelijke pet’  op bij de beoordeling van de ingediende vordering.

Je bent als slachtoffer procesdeelnemer en je hebt daarom bepaalde rechten die in de wet zijn opgesomd. Een slachtofferadvocaat kan namens jou, nadat de schade is begroot, een verzoek tot schadevergoeding indienen, waardoor materiële en immateriële schade, die je hebt geleden als gevolg van het misdrijf, gevorderd kunnen worden. Als de verdachte schuldig wordt bevonden zal de rechtbank mogelijk bepalen dat de verdachte een bepaalde geldsom moet voldoen. De rechter beoordeelt de vordering naar civiel recht en zal bekijken of de verdachte aansprakelijk is voor de schade.

Via de schadevergoedingsmaatregel wordt de Staat, in de vorm van het CJIB, belast met de inning van de geldsom. Dat betekent dat jij als slachtoffer je niet behoeft in te spannen om de gelden bij de verdachte te gaan innen, wat natuurlijk een fijn gegeven is. Mocht het echter zo zijn dat tijdens de strafzaak de rechtbank niet toekomt aan de vordering benadeelde partij of er volgt (gedeeltelijke) niet-ontvankelijkheid, dan dient er mogelijk nog een civielrechtelijke procedure gestart te worden. Wij adviseren slachtoffers van gewelds- en zedenmisdrijven altijd, wanneer de vervolging is ingesteld en de verdachte voor de strafrechter dient te verschijnen, om eerst de strafrechtelijke route te bewandelen. Direct de civielrechtelijke route bewandelen is vaak een kostbare aangelegenheid en ook dien je dan zelf bij een positief vonnis de gelden bij een verdachte te innen.

mr. Inge van Pelt

Bij misdrijven waarvoor de verdachte een gevangenisstraf kan krijgen van acht jaar of meer, en een aantal limitatief in de wet opgesomde misdrijven, bestaat de mogelijkheid om tijdens de zitting iets te zeggen: dit is het spreekrecht.  We bepalen samen of je gebruik wenst te maken van het spreekrecht. Als je hiertoe niet in staat bent dan kan een advocaat namens jou spreken c.q. een verklaring voordragen.

Heb je vragen of wil je weten of je in aanmerking komt voor deze vorm van gratis bijstand? Neem gerust vrijblijvend contact met ons op via info@bouwmanadvocaten.nl!